Bijna dagelijks hoor je wel iets over het veranderende klimaat. Of als het weer je niet aanstaat is dat het gevolg van de klimaatveranderingen. Maar hoe doen we hier eigenlijk onderzoek naar? Hoe wordt er gemeten? In dit artikel lees je er meer over.
Eerste metingen in de negentiende eeuw
Al sinds het begin van de negentiende eeuw (1800-1900) worden er metingen gedaan naar het weer. Dat was voornamelijk voor wetenschappelijke onderzoeken. Vanaf 1901 worden er serieuzere metingen gedaan en zijn deze ook goed vastgelegd. Het KNMI is verantwoordelijk voor deze metingen. Tegenwoordig worden metingen verricht door automatische complete weerstations, vrijwilligers met een neerslagstation en ook door seismometers en infrageluidsmeters.
Meten van het klimaat
Er worden op verschillende manieren metingen gedaan om inzicht te krijgen in het klimaat en het weer. Zo worden er in de ruimte metingen gedaan, zijn er neerslagradars, er is een permanente visuele waarneming op Schiphol en in Cabauw (de Bilt) worden metingen verricht op verschillende hoogtes. Veel van deze apparatuur is afkomstig van het Nederlandse bedrijf CaTec Meetinstrumentatie.
Verwerken van de verzamelde gegevens
Alle verschillende gegevens die op de verschillende plaatsen zijn verzameld wordt naar een datacenter gestuurd en met de hele wereld gedeeld. Op basis van deze data worden verwachtingen en analyses gemaakt. Hiermee kunnen weerbureaus, burgers, universiteiten, kenniscentra en bijvoorbeeld luchtverkeersleiders hun werk goed doen en hun eigen conclusies uit trekken.
Onderzoek en klimaatscenario’s
Alle data die beschikbaar is wordt door het KNMI gebruikt om klimaatscenario’s te maken en onderzoek te doen. Deze onderzoeken gaan bijvoorbeeld over de hoge en lage atmosfeer, de luchtkwaliteit, klimaatverandering, aardbevingen, het gat in de ozonlaag maar ook naar de relatie tussen het smelten van de ijskappen en de stijging van het zeeniveau.